peterbaas.reismee.nl

Makassar

We zijn inmiddels in Makassar aanbeland. De reis is bijna voorbij. Het was een lange rit door zuid sulawesi met nog een bezoekje aan enkele zoutpannen. We hebben nu eindelijk eens hotel met goede wifi in de lobby. Nu is iedereen de stad in. Ik kom er net vandaan en heb heelijke springrolles gegeten bij een lokaal baasje. Even geen groep maar lekker kletsen met de baas van het kleine eethuisje. Hier is nergens bier te krijgen tenzij voor een astronomisch bedrag van 100.0000 roepia in het hotel. Op de boulevard heb ik Bintang 0 % geprobeerd maar dat is helemaal niks. Je staat hier trouwens zo hier op de foto met de lokals. Onder luid gegiechel sta ik op de plaat met wat dames met hoofdoek en gevechtspak. Daarna kwam ik de rest van de groep tegen. Morgen tijd voor Fort Roterdam en de boulevard. Daarna souvenirs en kijken of ik een nummerplaat van het land kan bemachtigen.

Hieronder eindelijk het verslag van Frans dat op zich heeft laten wachten door de vele slechte verbindingen. Het maken van het verslag was erg lastig omdat je vaak maar een beperkte tijd had en niet even de taalfoutjes er uit kon laten. Sorry voor degene die me er op attent maakte maar het kon echt even niet anders. Hierbij het verslag van mijn eerste secretaris van Reismee! Onder dank aan Frans Kil

>

> Verkeer in Indonesië

>

> Na vele uren in de bus gezeten te hebben is het verkeer in Indonesië voor mij nog steeds een gesloten boek. Ik snap er geen jota van. Dat er links wordt gereden is het enige herkenbare element.

> Door rood: geen probleem. Verkeerde kant van doorgetrokken streep: geen probleem. In donker zonder licht: geen probleem.

> Er zullen wel regels zijn of gehanteerd worden, maar ik doorzie ze niet.

> Waar ik gewend ben aan strikte regels met een overvloedig scala aan verkeersborden en wegmarkeringen, is dat in Indonesië vrij summier aanwezig en lijkt het eerder een ondergeschikte rol te spelen. Het zijn eerder hulpmiddelen, vrijblijvende adviesden waar je je voordeel mee kan doen. In Nederland heeft de verkeersdeelnemer rechten en plichten, heeft voorrang of moet voorrang verlenen. In Indonesië heb ik het gevoel dat voorop staat dat elke verkeerssituatie beschouwd wordt als een gezamenlijk probleem waar je samen de beste oplossing voor zoekt. Waar wij de andere verkeersdeelnemer vaak als tegenstander beschouwen, maakt de Indonesiër er gegeven de situatie gezamenlijk het beste van. Om als voetganger een drukke straat over te steken geef je met een duidelijk handgebaar aan wat je gaat doen en er wordt gewoon voor je gestopt. Net zo dwingend als een Nederlandse zebra. Moet de tegenligger uitwijken omdat je bij het inhalen op zijn weghelft zit, dan is dat geen probleem, ook al betekent dat dat hij daarbij misschien een beetje van de berm gebruik moet maken. Irritatie roept dat niet op. Het, op zijn zachts gezegd, nogal behendige rijgedrag van de scootertjes, vaak bemand met vier personen, wordt moeiteloos ingepast.

> Onmogelijke kruispunten verwerken de verkeers-chaos zonder lichten of andere dwingende voorzieningen. En zonder dat daar getoeter of geschreeuw aan te pas komt.

> Voor mij lijkt deelname aan dit verkeer uiterst riskant en een brug te ver. Voor de Indonesiër is het kennelijk de gewoonste zaak van de wereld.

zwaluwnestjes

Woensdag 17 oktober

Vandaag zitten we in Bira op het uiterste zuidelijke puntje van Sulawesi. Volgens moes hebben we al 3000 km achter de rug in de bus. Het is dan ook een beetje mooi geweest. De temperaturen stijgen hier zeker naar hoge waarden maar de avonden zijn heerlijk zwoel.

Allereerst moet in van Frans nog wat rechtzetten. In het vorige blog stond dat we bij Moes thuis hond hebben gegeten in de sateh. Marcel had de canard de wereld ingeholpen omdat hij het vlees week en slapjes vond. Misschien een hondenvleeskenner? Frans gaat nauwkeuriger te werk en stelt een onderzoek in. Daaruit blijkt dat het hierbij om gekookt buffelvlees gaat dat tot gehakt is verwerkt. Een opluchting dus voor onze dierenliefhebbers. Moes zou zelf ook nooit hond eten...

Gisterochtend vroeg zijn we vanuit Sengkang vertrokken. De wegen zijn hier kaarsrecht en ze voeren ons naar het zuiden. Het landschap is totaal anders. We zien uitgestrekte rijstvelden met hoge alleenstaande palmbomen. Dit is het land van de vogelnestjes en de rijst. Menigeen zal zijn wenkbrauwen fronsen bij vogelnestjes. Inderdaad de boeren hebben torentjes staan met kleine gaatjes erin. De zwaluw wordt gelokt met geluid van soortgenoten en maakt een nestje in de toren. Daarbij gebruikt hij speeksel. Als het nestje klaar is komt de boer in actie. Hij neemt het nestje mee. Dat gaat naar Chinese opkopers. Die winnen daaruit het speeksel wat collargeen bevat. De Chinezen gebruiken dat in poedervorm want het zou goed zijn voor de huid.. De boer laat natuurlijk wel nestjes over voor de voortplanting.

Bij een koffiestoppauze kwamen we een Indo-motoragent tegen. Iedereen wilde natuurlijk met hem op de foto zodat het een groepsfoto werd. De man was wel een beetje jaloers op mijn Bandit 1250. In de koffie doen ze hier trouwens geen melk maar een soort zoete melksiroop uit blik. Eenklein beetje is al voldoende. In sonmmige gebieden doen ze sowies al meteen suiker erin. Moslims zijn hier van huis uit al zoetekauwen. Hun enorme aanbod an rijke moskeeen in allerlei kleuren van Mokka totMenthol getuigen ervan. De meeste woonhuisjes steken daarbij erg pover af..

Het gaat weer verder en langzaamaan komen er weer wat bochten in de weg. We naderen het diepe zuiden. Weer de bekende riviertjes met baileybruggen, de kleine kampongs en de vele marktjes met veel onbekend fruit. Jackfruit voert hier de boventoon, een flinke grote peervormige zak fruit die als je hem opensnijdt allerlei grillige figuren heeft met pitten ertussen. Het smaat wat naar mango en annanas tegelijk.

Uiteindelijk stop de bus aan zee bij een scheepswerf. Hier komen de bekende scheepsbouwers van Indonesie vandaan. Alles met handwerk. Het hout komt van Sulawesi en het ijzerhout zoals ze het hier noemen van Kalimantan. Dat laatste is uiterst stevig en zwaar. Het zinkt in het water. Op de werf liggenhalf afgewerkte flinke schepen helemaal van hout. Er worden weing schroeven maar weer houten pluggen gebruikt. Overal klinkt geboor en geschaaf en de geur van vers hoiut is onmiskenbaar. Op hetsttrand is het een zootje.overal plastic bekertjes en flesjes. De indonesiers zijn nog niet zover...

Uiteindelijk komen we bij Bira aan. Het is een beetje een verlopen badplaatsje, beetje groezelig en weinig mooie stranden zoals djoser dat wel voorspiegeld. We zijn even de zee geweest maar dat is geen lol. De rotsachtige kust loopt steil af en er zitten zee-egels. Daar kwam ik met mijn hand wel even achter. De zonsonderhang was wel fabuleus. Een grote koperen schijf die je zonder een enkel wolkje de zee in ziet zakken. Frans heeft er mooie foto’s van. Het hotel is meer een receptie met buitenhuisjes. Dat hebben we al meer gehad hier. De deuren piepen als gekken maar de airco werkt prima. Dat heb je welnodig hier.

In de lobby heb ikhet afscheidswoord gevoerd voor onze gids Moestari. We gaan hem binnenkort verlaten. Hij was een echte hulpvaardige man voor wie niets te weinig was. In de avond zijn we gaan eten bij een restaurant hoog bovenhet strand. De sterrenhemelwas prachtig en Frans ontdekte zelfs uranus. De temperatuur was heerlijk zwoel. Iets wat we binnekort gaan missen. In Nederland schijt het een stuk frisser te zijn.

Dinsdag 18 oktober

De hele groep behalve willemijn en ik is gaan snorkelen. Om 11 uur zijn ze terug. Dan gaan we naar de laatste bestemming Makassar waar we vanavond aankomen. De hoofdstad hier heeft weinig attracties maar Fort Rotterdam gaan we morgen zeker zien. Een haven van onze oude VOC-schepen die specerijen naar Holland voerden. Eindelijk eens tijd voor het reisblog en Internet. De duikers zijn net terug. Dus ik stop ermee voor vandaag!

Torajabezoek

Donderdag 13 oktober

De caroussel draait vandaag weer gewoon door. Anders dan bij gewone Djoserreizen zitten we in een maalstroom van excursies die allemaal zijn inbegrepen. Tijd voor jezelf is er nauwelijks ondanks Djoser’s leuze Vrijheid Blijheid… Je krijgt een enorme bonk informatie over je heen dat ik alleen aan het einde van de dag even kan bergen. Afijn de dag was wel erg enerverend. Zoiets heb ik nog niet eerder meegemaakt..

We zijn bij de Toraja’s op bezoek geweest, een natuurvolk in Centraal Sulawesi. Dit volk leeft iets anders dan we gewend zijn. Met de bus eerst maar eens naar de Toraja-graven. Dat is aliets ongewoons. In een enorme rotswand die uitkijkt op de rijstvelden zijn balkonnetjes aangebracht. Daarop staan poppen met de handen uitgestrekt. Elke 15 jaar krijgen ze nieuwe kleren. Achter de popen zijn holtesgehakt waar dit volk hun doden opbergt. Elke pop is een dode. Maar let op Er moeten wel 25 waterbuffels op je uitvaart geslacht zijn. Anders kom je achter een simpel deurtje…

Daarna het volk zelf. Moes had met ze gebeld en ja hoor er was een uitvaart die drie dagen duurt. We konden niet met lege handen komen dus Laurens stelt voor een varken mee te nemen. Nadat Moes met de varkensboer had gebeld zou die het beest bij het dorp afleveren. Toen we daar aankwamen lag het al klaar. Er werd een paketje van gemaakt met bamboestrips en stokken. En wij moesten dat vervolgens naar het dorp dragen. De rest van onze club erachter. Het feest was al in volle gang en voor de familie lag al een carnage van varkens en buffelsonderdelen op de grond.

Onze groep Djoser Belanda werd met tamtam aangekondigd en ja hoor daar ging het pakketje dat voor de familie werd neergelegd.. wij konden plaatsnemen op de eretribune waar de familie oms sigaretten en snoepjes aanbood. Tot hun verbazing sloegen we de rookwaar maar af. Daarna kwamen kleurig geklede dames die ons koffie of thee aanboden. Helaas had een tafeldame geen capuchino voor me zodat ik maar een bakkie thee deed. Ondertussen was het arme varken reeds geslacht en ook daarvan werden de onderdelen bij de hoop gevoegd. Een man was belast met de veiling aan de bezoekers die elk bij opbod een sliert vlees konden bemachtigen. Sommigen zelfs een hele ham die nijver kort werd gemaakt langs de weg.

Wij moesten de eretribune weer verlaten en doolden nog wat rond tussen het slagveld en de bezoekers. In de verte weer wat gekrijs als er weer een beest soldaat werd gemaakt. Nee ik had het daar onderhand wel gezien. Een bezoek aan de Albert Heijn is verre te prefereren waarbij ik ook weer eens eindelijk krentenbollen kan meenemen die ik nu node ga missen. Hier zijn geen of weinig supermarkten. Ieder werkt voor zich met een stalletje. Tijd om ergens te gaan eten.. Het aanbod om aan de veiling deel te nemen hebben we afgeslagen..

Tot onze immense verrassing was er wifi in het panoramarestaurant waar we eve stopten.. Snel mijn iPad uit de bus gehaald. We hadden een half uurtje op te eten dus ook snel internetten. Daarna draait de caroussel weer verder. De soep smaakte best en het reisverhaal werd de wereld ingeslingerd. Snel ook even het commentaar gelezen maar geen tijd om te antwoorden.. Verder gaat het weer naar de babyboom.

Bij ons denken wij hierbij aan heel andere dingen. Maar voor de Toja’s is de babyboom een begraafplaats. Hier werden de overleden pasgeboren baby’s bijgezet in de holte van een boom. We kwamen bij een prachtig oud dorpje aan met die typische Torajahuizen in de vorm van een boot. Moes liet ons een vanilleveldje zien en toen naar de boom. In het bos naast enorme bamboestruiken en arakbomen stond een behoorlijke stam met een hekje eromheen, de babyboom. Gelukkig geen bijzetting omdat door de verbeterde zorg er nu veel minder kinderen sterven.

We zijn ook nog in een Torajahuis geweest. Alles van hout en bamboe met verschillende kamers. Onder het vee en boven op zolder de rijst. De kunstig beschilderde wanden aan de zijkant waren prachtig. Uiteindelijk terug naar ons hotel Nog een hele reis door de rijstvelden en land de Torajadorpjes.. Tegen de avond valt er traditiegetrouw de regen. Nu echt met bakken. De regentijd komt er hier nu echt aan. Na onze reis zijn er dit jaar hier geen excursies meer. Nog snel een supermarktje gekocht voor proviand. Morgen is er een vieruurse trekkingstocht naar een Torajadorpje waar we gaan overnachten. Hopelijk zonder varkensellende…

Vrijdag 14 oktober

De dag van de trekking! En meteen goed nieuws. Je kunt ook de tweeuurswandeling doen. De eerste is louter klimmen en ploegen door rijstvelden. Reden om die even achterwege te laten. De bus rijdt met drie anderen nog even door om ons af te zetten bij het begin van het tweed deel. Inderdaad enkel klimmen via steile smalle wegen. Die grote bus kon er net door. Niets dan brommertjes onderweg waarvan er eentje zichzelf bijna tegen de voorkant van de bus parkeerde. Aangekomen op de rustplek voor de fanatieke klimmers hadden wij een prachtige uitzicht over vallei van Rantepao. Met een kopi susu oftewel koffie met melk.

Na twee uur kwam de klimploeg binnen met bemodderde broeken en schoenen. Ondertussen had Moes de lunch laten komen met een brommertje. Natuurlijk van de afhaalchinees. Alles is nu gratis tijdens de trekking. Maar het was een beetje koud, die nasi en de kippenbout te hard. Geen nood, de lokale kippen hier die buiten rondscharrellenwaren er blij mee. Kip eet kip dus..

Na een klein uurtje zette de hele stoet zich inbeweging. De voorsten natuurlijk een flink marstempo. Eerst verharde weg en daarna de rimboe in. Door Toriadorpjes met de bekende huisjes en dwars door groene rijstvelden en bamboebossen. Aan het einde een behoorlijke klim. We kwamen uit bij een gecultiveerd Torajaplaatsje. Melden bij de receptie en dan naar de huisjes. Met z’n drieeen in een torajahuisje naast elkaar liggen op een matras. Door een zwaar luik weer naar buiten. De huisjes staan naast elkaar. Het was wel een merkwaardig idee, je zit in een gekopieerd plaatsje in een huisje dat helemaal van hout is.

In de avond lekker eten en doodmoe naar de huisjes. Het uitzicht boven op de berg was geweldig. Je kijkt over de hele vallei van Rantepao heen. Op de zolders van de huisjes of liever de woonkamers was het passen en meten met de matrassen. De nacht was lang en veelal zonder slaap. Naast ons begon een reispaar aan een houtzagerij die de hele nacht voortduurde. Toen in de ochtend de laatste paneeltje klaar was kon ik nog even gaan slapen. Een nieuwe dag was begonnen.

Zaterdag 15 oktober

De laatste trekkingsdag is begonnen. We moeten weer terug naar beneden. Na een pannenkoek op de gekopieerde Torajaplaats konden we naar beneden. Ditmaal over de gewone weg tot halverwege. Eindelijk was her weer mooi weer iets waar we toch al veel geluk mee hadden op de reis. Mijn kamergenoot Rik uit Belgie had telefoon ontvangen. Het ging slecht met zijn vader. Hij hoopte dat zijn reis nog even kon duren.

Wat mensen met lopen hebben weet ik niet maar vaak gaat dan de blik op oneindig en wordt er doorgestapt. Alles wat er langs de weg te zien is valt weg. Zodoende zat ik al snel met mijn camera al in het laatste segment. Ik herinner me de woorden van Laurens uit Nepal nog.” Nu niet even overal stoppen voor fotos maar doorlopen.. “ zo denken enkelen er nu ook over. We hadden de hele dag voor twee uur lopen maar dat moet snel. Reden om de meesten te laten gaan en zelf te genieten. Het landschap in de zon is geweldig, de sawa’s, de dorpjes en de schooltjes onderweg. Iedereen was al lang in de bus toe ik aankwam. Op naar de volgende wedstrijd.

We zijn daarna naar een aprt dorpje geweest waar de meest macabere Toraja’s wonen. Zij begraven hun doden inholen of in kisten die ze hoog en droog langs de wanden ophangen. Heel vreemd maar die knekels kad ik nu wel een keer gezien. Eten werd opgediend bij een eethuisje langs de weg. De nasi met ei en sateh ken ik nu onderhand wel dus maar een pompoensoepje gepakt. Ondertussen kreeg Rik weer telefon uit Belgie. Hij moest terug. Dan begint er een heel gedoe. We zitten op 9 uur van Makassar af , dus een taxi. Dan vluchten bekijken. Dat kan want de reisleider heeft een satelliettelefoon.

Ondertussen maar gewoon gegeten want alles gaat gewoon door. Daarna de was opgehaald bij de Fresh ’n Clean. Om drie uur weer terug in ons hotel in Rantepao. Rik was de vlucht al aan het regelen en zijn maar gaan zwemmen. We hadden de hele middag om bij te komen. Vanavond salade met lekkere frietjes, maar dat zal wel weer cassave in de frituur worden. De Bintang smaakt nog steeds best en de telefoonkabel van het hotel is nog steeds niet gemaakt...

Zondag 16 oktober.

Weer vroeg op stap want het wordt weet een lange dag. We zitten al een flink eind in het zuiden van Sulawesi. We rijden de bergen uit en komen in de laagvlakte. Meteen gaat de temperatuur omhoog. Alles word vlak en er zijn uitgestrekte rijstvelden. We gaan naar Sengkang maar er is een pauze ingelast bij Moes thuis. Zijn vrouw zorgt voor het eten. Bij aankomst loopt het halve dorpje uit. Weer gewone huisjes op palen. Heel veel bamboe en ontelbare kinderen met “hallo mister”

Schoenen uit en de woonkamer is alles van hout. Kinderen hangen door de open ramen en maken warempel fotos met oude mobieltjes. Het eten was heel lekker met sateh van hond, gado gado, zoetzuur, rijst met kerrie en kip met ketjap. Het was een happening van jewelste op deze zondag. Er werd een ventilator aangesleept want de temperatuur steeg tot ongekende waarden. Ook het eten was best pittig met veel sambal bij..

Verder ging het weer naar Senkang over de Manado Highway. Gewoon een tweebaansweg met veel verkeer op zondag. Ineens Liep het helemaal vast. Er waren werkzaamheden op de weg. Er moest beton gestort worden op een nieuwe brug. Een betonwagenkomt en sluit meteen alles af. Geen doorkomen meer aan. Ze hadden moeite met de stortgoot dus alles duurde en duurde. De file aan beide zijden groeide tot vele kilometers. Na het storten reed de wagen wat terug en hup de rest van de brug. Kortom we stonden er een uur. Daarna op beurt kon het verkeer gaanrijden. Wij waren het eerst aan de beurt. Maar dat viel niet mee. De tegenliggers waren al gaan inhalen en stonden vast op onze rijbaan. Bovendien wilden velen keren. Kortom een grote chaos.

Om half vij waren we in Sengkang en kon de beloofde boottocht beginnen op het meer. In smalle bootjes achter elkaar met z’n drieeen. Wankel als maar kan maar het ging. Door kanalen het grote meer op wat helemaal is begroeid met waterhyacinten. Enorme waterplanten waar onder de karper graast. Met vallen wordt die gevangen. Het kroos gaat soms naar de eenden. Bij een huisje op het water kregen we uitleg van Moes. En thee met gebakken bananen n de vissers. Het werd donker en we moesten terug. Onder een geweldige volle maan die boven de bergen opkwam voeren we Sengkang weer binnen. Doodmoe in het hotel. Morgen naar Bira om wat bij te komen.

Roze pinguins

Traject Torian – Ampana – Tentena – Pendolo – Rantepao. Tot voorbij Rantao is er nauwelijks WiFi. Tijdens de trekking naar de Torajia’s is er ook niets. Wifi behoort hier niet tot de verworvenheden van deze tijd. Verder is de regio hier overwegend Moslim zodat jongeren hier niet met allerlei telefoons rondlopen. De meeste vrouwen zijn gehoofddoekt en de meisjes dragen witte doekjes. Hopelijk komt er nog wel een wifipunt maar dan is het meestal een koffiehuis. Dat kan zomaar ergens opduiken zoals nu toevalling bij Rantepao tussen de rijstvelden.

Zaterdag 8 oktober

Vandaag een rustdag. Heerlijk eens uitslapen tot een uur of acht.. Maar van uitslapen lwam weinig. Het heeft de hele nacht geregend op het metalen dak. Net of er een waterval naar beneden kletst. Om zes uur al wakker en even naar de veranda voor het huisje. Je kijkt daar op de zee door een groot regengordijn. Tot mijn verbazing zag ik ineens twee roze pinguins uit het water komen. Het was te ver weg om ze nader te bekijken. Dus even de videokamera gepakt. Het waren twee kleine dames in boerkini met duikbril op die naar de kant waggelden. Daar ploften ze neer en genoten van de neerplonzende regen. Let wel het is hier niet koud en zelfs lekker om even in de regen te lopen. Bij terugkomst bleek dat de hermietkreeft van Frans het loodje had gelegd. Hij kon zijn grote schelp nu meenemen.

Rond acht uur werd het droog en tindens het ontbijt zelfs een beetje zonnig. Er stond niets op het programma. Snorkelen kon niet meer wegens mijn verloren bril. Maar na een tip dat er een duikersshop was ben ik daar heen gewandeld. Ze hadden dezelfde in de etalage als die ik gisteren te leen kreeg. Nee niet die maar eentje uit de verpakking. De ervaren verkoper brandde het scherm schoon met een aansteker en ik kon er weer tegenaan. Trots met de nieuwe aanschaf meteen het water in.

Voor ons huisje is het ondiep en erg koraalachtig. Uitkijken met je handen en knieeen. De onderwaterwereld was er weer en zeker mooier dan met de vorige bril.

Ineens werd Erna achter me door een kleine vis gebeten. En ja hoor later zocht hij me ook op. Als een pijl kwam hij op je af en tikte tegen mijn hand. Toen heb ik hem maar eens achter zijn staart gezeten.. Snorkelen kun je beter bij de steiger. Daar is het dieper en mooier. Inderdaad. Weer een diepe wereld met de bekende ronde koraaltafels. Het vreemde was dat je allemaal kleine speldeprikjes kreeg. Geen visje gezien. Men had het over minikoraaldeeltjes of zo…Ook het water was weer lauw. Niet echt verfrissend. Na een uurtje weet je het wel. Erna en Carine probeerden in een kano te klauteren. Dat ging na veel hulp. Maar bij het ruime sop kiezend was het zo voorbij met de pret. De kano sloeg om tot ieders vermaak.

De dag ging langzaam voorbij. De zon ging onder in een gouden hemel rond zes uur. Het is hier dan ook snel donker. Onze dag zat er op en ook het verblijf op Torian.

Zondag 9 oktober

Vertrek rond zeven uur met de boot naar Ampana op het vasteland van het eiland.. Een uurtje varen op een rustige zee. In de wijde baai van Celebes zakten de Torianeilanden achter ons weg. We mogen ons niet bewegen van hoofdman Laurens op reprimande van een harde stem.Zoals gebruikelijk vaart de boot steeds een kaarsrechte koers.

Maar ik heb toch plaats gewisseld De goede man denkt steeds aan het meest erge en vermoed voortdurend onbevangenheid van ons. Hij denkt voor ons zodat we dat niet meer hoeven..

Na een uurtje eindelijk vaste grond onder de voeten. Nieuwe bus. Er werd gesmeekt om wifi. In Ampana zou een kopi café zijn waar je kunt kiezen uit divers koffies. Na enig zoeken kwamen we er en meteen stortte iedereen zich op de telefoons. Er werd ge-apt en gemaild dat het een lieve lust was. We hadden er drie kwartier voor. Daarna gaan we weer de rimboe in en is er helemaal nietsvoor dagen. Gezien het tijdsverschil zal men in Nederland wel even wakkergeschud zijn.

De reis was lang en vermoeiend. Langs de kust ging het eers westwaards tot aan de oksel waar een lange landtong weer naar het noorden gaat. Wij nu naarq het zuiden voorbij Poso. We zitten nu in midden celebes en zijn voorbij de evenaar op het zuidelijk halfrond. De natuur wordt hier veel bosrijker met enorme palmplantages.Hier groeien de cacaoboom en worden palmolie en vanille gewonnen; ook de rijstvelden nemen toe met de typische terassen.. In de avond kwamen we bij hotel Indah aan. Alles was donker en enkelen vermoedden dat het waarschijnlijk gesloten was. In Tentana was dit met Victoria het enig hotel. We zitten midden in de rimboe hier. De eigenaar werd uit zijn slaap gehaald en Wifi moet nog worden uitgevonden.Een tijdje terug waren er onlusten tussen christenen en moslimsen bleven de toeristen weg. Nu is het weer rustig maar het toerisme staat hier nog op een laag pitje.

Maandag 10 oktober

Slapen kun je hier wel. De bedden zijn heerlijk in Indah. De haantjes kraaien als gekken in de ochtend dus je bent nooit te laat op het appel. Wifi is hier net zoiets als hogere wiskunde. Op de vraag aan de morsige hotelbaas of er wifi was keek deze me zeer verbaasd aan. Op de kamer was de douche ijskoud en kon je een Mandi nemen. In een tonnetje kruipen en meteen schepje water over je heen gieten. Ach het zijn lokale genoegens. Over twee dagen wordt het nog spartaanser. Dan krijgen we een hotel waar enkel Mandi is en men nog en men nog met postduiven werkt.

Aan het ontbijt met gebakken ei en toast weerklonk ineens een gerommel vanuit de bergen.Het leek niet alsof er een dondergolf naar beneden denderde. Ineens begon de vloer van de eetzaal op en neer te gaan. Schokjes van links naar rechts. Het duurde een paar seconden en toen was het weg. Mijn eerste aardbeving was een feit. Hier kijk men daar niet van op.

Me de bus naar de watervallen. En een mooie wandeling. Bij Tentena wonen immigranten uit Bali. Meteen te zien aan de huizen met de tempeltjes. De prachtige tuinen met overdadige bougainvillas en prachtige palmen. Onderweg al lopend tussen de rijstvelden en de cacaoplantages. Kinderen in uniform op weg naar school stormen op je af om hun Engels te proberen of high fives te geven. De watervallen kosten 20.000 roepies en waren de moeite waard. Je komt in het panorama van een chinese kalender. Water gleed in vele trappen maar beneden over enorme ronde balvormige rotsen. Moes, onze gids klom zelfs tussen de rotsen naar boven als een aap. Dit niet geheel zonder eigen risico. Het staat op video voor de ongelovigen.

Op de we terug barstte de regen weer los. Nat was je toch al van de waterdamp, maar dit bood een extra dimensie. Druipnat en toch warm. Tijd om de bus op te zoeken die nu gelukkig bij de uitgang stond. Eten stond klaar bij de lokale indonesier. Supersnel deze keer. Bij de vorige vanaf Ampana moesten we een uur wachten.. Dit maar zeer pittige sateh met gado gado. Daana nog een doorkruipgrot bezocht. Niet iets wat ik echt ambieerde. Nauw, glad en vol muggen. In de middag eindelijk vrij en tijd om zelf eens op stap te gaan.Nog wat pinnen want wisselen is hier ook nog niet uitgevonden. Op de terugweg nog een hondendek festijn gezien. Een hond met zak over de kop in het middel op de bamboestok en de ander er achter… Ze zijn er de hele middag mee bezig geweest langs de straat. De dag zit er weer op. Morgen een boottocht en een rugzakje inpakken, we kunnen onderweg ook nog zwemmen. Een relaxte dag dus.

Dinsdag 11 oktober

In alle vroegte hebben we ons betonhotel verlaten. Alweer gewekt door de ononderbroken stroom aan haantjesgekukel was het een voordeel dat we vroeg weg konden. De catering in het hotel was wel goed.Gisteravond had de baas speciaal frietjes voor de Belgische vrienden gebakken. Die daar weer weinig van aten zodat de Hollanders de schaal snel leegmaakten en er een tweede sessie kwam. Na het ontbijt met opgerolde pannenkoek met banaan in het midden konden we in twee smalle bootjes instappen. We gaan het Possomeer dat 45 km lang is helemaal in de lengte oversteken. Om half acht was de temperatuur heerlijk. Langzaam gleed de oever van ons vandaan en volgden we de oostkant. Op weg naar het zuiden. We zijn nu ook het malariagebied uit.

Na anderhalf uur soezen op de voorplecht stopte de boot bij een junglerand. Tijd om even te zwemmen. De temperatuur vliegt nu omhoog en het koele water was een opfrisser. Aan de oever een concert van krekels en zelfs een illegale arakstokerij. Moes, de gids had weer een papaya geslacht en hing daarna weer in een boom. Verder ging het weer tot een dorpje met een enorme katholieke kerk. Kennelijk om de loef af te steken bij de Moslims met wie er een tijd geleden veel rivaliteit was. Iedereen erg vriendelijk met de het lgebruikelijke “Pagi” (Morgen)

Ook de schoolkinderen kwamen hun Engels weer oefenen. Op “Bonjour” hadden ze weinig respons. Er ligt nog een taak voor me hier.

De andere kant van het enorme meer komt in zicht. Ook de enorme bergen om ons heen sluiten zich aaneen. Het was inmiddels middag en de boottocht maakte hongerig. Onze bus die in alle vroegte was vertrokken met de grote bagage stond er al. Dit was meteen het eIndpunt voor vandaag. We zitten nu in een soort vakantieverblijf met allemaal bamboehuisjes die op de rand van het Possomeer uitkijken. Boven een riviertje daarachter was een eethuisje voor de lunch. Dat staat op palen in het water. Ineens was er weer een flink gerommel en het gammele huisje schudde heen en weer. Weer een kleine aardbeving..

Het eten was geweldig Voor mij de beste lunch tot nu toe. De foto komt later nog wel. Echt een aardig komplete rijsttafel met rose rijst, ayam ketjap enz enz. Moes had heel slim in het dorpje de gehele biervoorraad ingekocht. Twaalf flesjes Bintang, alles wat er te krijgen is. Hier kraait de Muzelman weer koning. Niet de kamers delen deze keer maar iedereen apart. Ik zit nu in een bamboechaletje aan de waterkant en kijk zo het meer op. Het is warm maar in de verte dreigt de regen. Gauw het water in en daarna na het dorpje voor wat water. Drinken uit de kraan kan de hele reis al niet. Morgen verder. Dan hebben we eindelijk weer wifi en kan deze tekst het web op. Ook het hotel is dan beter. Nu alleen een mandibak en geen douche. Maar zo is dat hier nu eenmaal de gewoonte..

Woensdag 12 oktober

De dag begon weer vroeg vandaag. Je went nu aan. Maar wat wil je. Gisteravond was er in Pendolo niets te doen. Maar vast inpakken voor de andere dag en slapen. Bovendien ben je aardig afgedraaid. Verder best verbrand op die boot. De pot Nivea bewijst wonderen. Na een zeer karig ontbijt de bus in voor weer een zeer lange dag naar de Toraja’s in Rantepao. Moes voorspelt een mooi hotel met zelfs een wastafel en echte douche. Bovendien WiFi.

Meestal neem ik dit soort ehalen in Indonesie met veel korreltjes zout.

Na een bezoek aan de hoogste bergpas van Sulawesi en wilde orchideeen langs de weg zagen we ineens onze eerst neushoornvogel. In een hoge boom zat hij daar parmantig. Het vele geklik van de camera’s deed hem uiteindelijk opvliegen. Een flink beest met een knobbel op zijn kop. De weg was lang en eindeloos. Langs vele dorpjes en stadjes, met zon en weelderige buien onderweg. Onze tweede geweldige maaltijd was midden tussen de sawa’s. Op vlonders was het restaurand gebouwd met vijvers in het midden waar de vis werd uitgehaald. Achter liepen de eenden en de kippen en was de moestuin.

Het eten was geweldig met tonijn, gepaneerde kip, bosspinazie, groenten en rijst Voor 12 euro ben je klaar inclusief drankje. Verder weer. We zitten nu in Zuid-Celebes. Het malariagevaar is weg. Langs de wegen veel palmolieplantages. We zitten nog steeds op de Sulawesi Highway, een tweebaansweg met soms slechte stukken. We zaten na een tijdje aan de zee bij de zuidkant van het eiland. Ineens ging het westwaards, de bergen in. Felle klimpartijen en neervallende regen. Panorama’s verzopen in de wolken. De temperatuur zakte ineen. We zitten in het land van de Toraja’s een volk met een vreemde dodencultuur.

De wegen werden barslecht en langs de kanten de merkwaardige huizen die je bovenaan dit blog vindt. Het werd donker en de bus schommelde maar door Je zit hier echt aan het einde der wereld. Zou hier Wifi zijn? Aangekomen bij het toch luxe uitziende hotel greep iedereen naar zijn telefoon. Helaas, een graafmachine heeft de telefoonkabel doorgesneden. Er is helemaal niets hier. Morgen misschien in een kofffiewinkel.. Er is wel warm water en een

Douche. Wat een luxe na die dagen.. Morgen zien we verder. Laurens had het erover om een varken te gaan komen voor een bezoek aan de Toraja's. Daar zijn we net geweest en hebben een varken geofferd. De rest volgt nog wel. Nu even eten in dit internethuisje tussen de rijstvelden.

eilandplezier!

Onze laatste lokaties waren zonder internet. Zodoende konden we helemaal geen contact met de buitenwereld krijgen. Op de Torianeilanden kun je enkel onder een palmboom even bellen als er stroom was. Maar die is er overdag niet… daarom maar een verhaal op de iPad ingetypt. Hier is het dan. We zijn nu in Ampana. Weer op vaste wal

,

Woensdag 5 juli

We zijn alweer weekje onderweg. Vandaag naar Marisa voor de overtocht met de boot. Naar de Torian eilanden zo’n 100 km in zee. Maar eerst een jungletocht in het Wartabonepark.We zitten in hotel Irene. Alles wijst hier een beetje op ons koloniale verleden. Er zijn oud Hollandse huizen die aardig gerestaureerd zijn.Maar eerst de tocht. Het park ligt oostelijkvan Gorontalo. Met de bus ben je er zo. Laurens waarschuwde dat je tot je middel wel door de rivier moest waden. Reden voor mij om dat maar even te laten zitten. Maar zoals altijd maakt hij het extra pittig om niets verweten te worden. Je moest tot je enkels door een beekje en dat was het. Sandalen aan en vooruit ermee. Het was puur jungle zonder dieren maar met steile hellingen en dalen en klauteren langs rotspartijen. Puur voor de lol maar mij geen 160.000 roepies waard. Alras ben je kletsnat van het zweet. De natuur is wel prachtig. Je loopt langs de zelfde beek stroomopwaarts..en weer dezelfde weg terug.

Bij de bus aangekomen meteen instappen en karren weer. Onder de airco duurde het even voordat je droog was. De pauze was er bij een plaatselijk eethuis met wifi. Dat wordt steeds minder nu we naar het zuiden afzakken. Ondertussen was de middagmoesson losgebarsten. Met bakken viel het eruit en onder het metalen golfdak van de toko was je nauwelijks te verstaan. Onze Laurens begon weer over een mogelijk woelige tocht over zee en het kopen van zeeziekte tabletten. Nu kennen we hem onderhand wel. Vooruit, vier uur in de bus naar Marissa.

Die tocht was al gauw vijf uur. Je gaat nu echt door de binnenlanden. Alleen hele kleine kampongkjes en dessaatjes. Smalle wegen dus rustig aan met rijden. Het werd al snel weer donker en de regen viel nog steeds. Grappit was dat je nu in de huisjes van de kampongers kunt kijken. Meestal kleine bungalootjes met een veranda voor en overal tegeltjes. In de kamers staan somptueuse bankstellen met de plastic er nog om heen. Dan wordt het niet vies. Rond een uur of acht waren we in Marisa. Eerst eten bij de moslim. Weer een biertje dus en afgekloven kip in de soep. Geen succes meer nu eet je alles.

Ook het hotel was mager maar vooruit voor maar een nachtje. Wifi werd om half elf uitgezet. De toilet liep door dus maar even de watertoevoer sluiten. Snel douchen en als een blok val je in slaap.

Donderdag 6 oktober

Om zes uur ontbijt van Laurens wilde vroeg weg. Je zult maar woelige zee krijgen of tegenwind. Hij kreeg al de kriebels toen ik hem vroeg of er ook reddingsvesten aan boord waren. Verde r verboden te staan op de boot want als deze een plotselinge manoeuvre maakt.. Het was een flinke overdekte speedboot zonder gevaar, de zee was glad en er waren geen manoeuvres. Toen in even ging staan om te verzitten was het meteen foute boel. Die knaap heeft ooit iets meegemaakt zo ging de ronde onder ons..

Geen voorgestelde 9 uur varen maar slechts twee uur. De tocht was geweldig en in de verte doemden de Torian eilanden op. Noord Celebes was achter de rug. Drie dagen van rust op een van de eilanden.. Van 80 km per uur naar bijna nu meerde de boot aan. Een groot palmenstrand met soms oprijzende rotsen in zee . Zoiets als in Thailand. Eindelijk even alles achter je laten en bijkomen. Er is hier enkel in de avond wat stroom en perdag mag je 130 liter water verbruiken. Het eten is inbegrepen in de prijs. En eindelijk weer eens een biertje en geen gesluierde vrouwen.

Het is hier puur strandcultuur. Je kunt snorkelen naar harteLust of wandelen langs de zee. De hitte slaat hier wel toe. Zwemmen is onder de hete zon niet aan te bevelen maar na de lunch met heerlijk gerookte zwaardvis doken de meesten de zee in. Ik heb het huisje maar eens verkend Weer houten verandahuisjes met een grote kamer Reuze gezellig. Vanaf de veranda zag ik onder het genot van een jus d’orange de meesten al snorkelend door de zee ploegen. Je moet hier wel uitkijken voor koraal dat zwerende wondjes kan geven. Beetje doemscenario van Laurens want het meest doet je niks. In de avond kwamhet bier op tafel. Geen moslims dus het mag. Er brak wel een enorm onweer los zodat alle muskieten werden geplet.

De wereld onder water is geweldig. Memovisjes op zacht wuivende blauwe koraal, fel blauwe vissen en veel gestreepte soorten die zelfs op je afkomen. Morgen gaan we met een boot de zee op om meer te zien Frans heeft een schelp met hermietkreet erin gevonden. Die zit nu in ons doorspoelbakje van de wc. Hij wil de piramydevormige schelp mee nemen maar weet niet hoe hij de kreeft eruit moet lokken…

Vrijdag 7 juli

In de ochtend barst er een heftig onweer los. Het blijft hier maar gaan. We hadden een boottocht gepland met snorkelen maar zas het niks. Het ontbijt stelt hirt niet veel voor koffie zwart of thee. Verderfruit met wat cake of een pannenkoek. Gelukkig een korte bui want de lucht brak in de verte. We hadden drie boten heuurd zodat je wat ruimte aan boord had. Drie smalle bootjes met vleugels aan de zijkant om niet om te slaan. Met een snerpend geluid zette die houten brik zich van ons in beweging. Iets van twee uur varen naar het rif. Helaas geen camera bij me en dat zou me opbreken.

Met suizenden oren van de pittige motor kwamen we buj het rif aan. Ook met houten konten van de boot was zeer spartaans. Meteen en water in, zwemvliezen aan en duikbril op. Een geweldig décor ontrolde zich. Niet zo mooi als op de Malediven maar toch indrukwekkend. Een enorme helling naar beneden waar allerelei tropische vissen te zien waren. Enorme koraalplataux in de vorm van ronde tafels. Marcel had zijn wetsuit aangedaan en zwom diep beneden. Even languit in het water en hup, meteen was mijn duikbril weg. Naar de diepte. Niet op je hoofd maar om je nek bewaren was het late advies van onze Laurens. De boy van de boot was nog gaan zoeken maar dat ben je meteen kwijt..

Gelukkig had hij een reserbril aan boord die me veel beter zat. Zoeen zou ik ook wel willen. Dat ding van de Decatlon was meer voor de kids. Het eten dat we hadden meegenomen was al klaar en we konden aan de .gang op een natuurwachtershuisje midden in het water op het rif. Rijst met kip en gestoofde kool. Wat wil je nog meer. Verder ging het weer met de houten brikken naar de kwallenvijver. Leek me niet zo’n geweldig idee maar ze zouden niks doen. Het water was zou lauw als afgekoelde soep. In de vijver aan de kust zag je inderdaad kleine kwalletjes in de vorm van ballonnetjes. Ze kwamen nieuwsgierig op je af maar ik liet ze maar op hun beloop. Ook andere doorkijkkwallen waren er. Ook maar met rust gelaten.

Na nog twee andere tussenstops was het tijd om terug te keren. Niet nadat we een vissersdorpje bezochten waar Laurens wat kreeft wilde kopen. Allemaal houten huisjes op palen in een baai. Veel kinderen die op je afzwommen. Heel fotogeniek maar helaas geen kamera. Gelukkig had Frans zijn iPhone bij zich en knipte er op los. De 3 kreeften waren te koop voor omgerekend 18 euro. Levend en al in de plastic tas waar ze met elkaar op de vuist ehh.. pootjes gingen. In de avond werden ze leven en al in ons restaurant op de barbecue gegooid. Frans leerde hoe hij zelfs met een flesje Bintang de pootjes van de onfortuinlijke beesten kon pletten om het laatste vlees eruit te halen. Doodmoe en aardig aangebruind gingen we naar ons huisje met de pitoreske naam Irian Yaya, Papoea Nieuwguinea.

Rest volgt. Wifi wordt hier wel erg moeilijk. Maar op deiPad inten kan altijd.

Pepernoten smullen

Het was gisteren een gepeperde dag. veertien uir in de bus met twee lekke banden. Om half zeven al vertrokken en rond een uur of tien in Gorontalo. Geen snelwegen maar de Sulawesi highway vol met bochten, dessa's, kampongs en hobbels. Het uitzicht was soms best aardig maar dat belette de meesten onder ons niet om wat wet te dutten. Zo rond twee uur de eerste bandenwissel. Het was buiten weer aardig heet geworden omdat we gedaald waren naar zeeniveau. Later brak er een enorme moesson uit en liep met een enorme sisser de zelfde band weer leeg.

Gelukkig zitten er twee banden naast elkaar zodat de bus door de stromende regen naar een bandenkraampje kon rijden. Laurens had inmiddels een zak met pepernoten tevoorschijn gehaald. Die had hij al bij de Etos gekocht zomaar voor onderweg. Die kwamen nu van pas omdat we aardig honger kregen. We zitten nu in Gorontalo en gaan straks een boswandeling maken. We moeten waden door een rivier en zullen de rest van de dag met natte schoenen lopen. Reden te meer om dit even over te slaan.

Inmiddels heb ik een secretaris erbij gekregen in de vorm van reisgenoot Frans. Hij heeft een heel verhaal geschreven over het verkeer hier. Dat staat nu op mijn gsm maar moet nog naar de iPad. Dus dat komt later.

het komt er op neer dat het verkeer hier een sociale bezigheid is. Iedereen leeft samen met de ander op de weg. Dat moet wel want er zijn hier geen stoplichten, nauwelijks regels en af en toe een politiecontrole. Maar de agenten kijken dan ergens TV. Soms is er een chaos, een kluwen wasr iedereen dan maar op elkaar wacht. In de avonduren dossen de meesten zich in de bontste verlichting uit. Varierend van blauwe knipperlichten tot complete eftelingskleuren. Het lijken net botsautoojes of rijdende kerstbomen.

Voor de rest alles goed hier. Geen zieken of klagende reizigers Dit is reizen voor gevorderden. De meesten hebben dan ook een rijk reisverleden. Als beginner moet je hier dan ook niet aan beginnen. Straks dus de jungletocht en dan naar Marisa waar de volgende dag een overtocht naar een tropischneiland gaat beginnen. Negen uur op een indonesche platbodem. Laurens heeft al pillen tegen zeeziekte.

Hapje hond?

Dat is de titel van een boekje van een oud reisgenoot uit de vietnamreis. Hij bracht me ook op de hoogte van deze reisblog in 2011. Vandaag moest ik aan hem denken want we bezochten een plaatselijke markt....

De dag begon zonovergoten na een vochtige afsluiting gisteren. In de regel moet je hier vroeg beginnen en nade middag klaar zijn want ook vandaag kletterde de regen er vanmiddag uit.Maar niet nadat we weer aardig wat gezien hadden. Eerst maar naar de plaatselijke markt in Tomohon. In het begin niets anders dan die markten die ik al kende. Maar na de gebruikelijke groenten en fruit veranderde het tafereel. De plaatselijke specialiteit hier is dus hond. Ik kende het van China en Vietnam maar ook hier is men gek op de hulpvaardige viervoeter. Maar ook op een andere manier

Op tafels lagen inderdaad de beesten, zwartgeblakerd als kleine varkentjes. In een kooi wachtten de levende beesten. De aanblik was de argeloze westerlingen even wennen. Een baas ztte een beest op een ander en speelde als op een gitaar met de derde. Maar gauw verder maar ook daar wachtte een verrassing. Vliegende honden ook weer zwartgeblakerd en zonder vleugels. Een dame bestelde een beest en de baas begon een vliegende hond in stukjes te snijden. Dat zwartblakkeren gaat trouwens met een gasbrander dat de haren helemaal verwijderd. Gauw weer verder.

De vismarkt was aangenamer want daar lagen vooral hompen tonijn en haaienvlees. Ook de kippenmarkt was een paradijs vergeleken bij de hondenslachterij. Ruud kan tevreden zijn met zijn hapje hond. Hij wou het proberen maar kon het niet vinden in Vietnam. De tweede ronde vandaag was de vulkaan. Niet de Lokon maar de andere. De naam komt nog. Het is een gedoofde vulkaan dus redelijk Veilig. Na een beklimming die redelijk te doen was stonden we oog in oog met de krater. Een enorm bakbeest waar je zelfs helemaal omheen kunt lopen Dat was ik niet van plan maar al pratende met studenten uit Pontianak waren we aan het lopen gegaan.

De andere kant was nog eel spectaculairder. Je zag de krateropening die met een watermeertje was afgedekt. Bezoekers hadden hun namen in de gestolde lava geschreven. Verder ging het omhoog en omlaag. Maar ik doe het maar voor Laurens die heel graag nu op deze plek zou willen zijn. Het rondje was gedaan! Ook complimenten voor Frans die op zijn 78ste ons aardig bij en zelfs voorbleef.

Er werd gegeten in een drijvend restaurant op het meer van Tomohon. Een uitgelezen plek vor de visliefhebber. Wel graten in de vis maar dat hoort erbij hier. Ondertussen barstte de regen los en werd de wereld erg klein. Tenslotte nog een grottenbezoek waar de Japoen zich in de oorlog schuilhielden. Weinig te zien, niet meer dan donkere gangen. Tijd om weer terug te gaan.

Deze dag zit er weer op Morgen een lange reis naar Gorontalo. Vanavond lekker eten want de Duitse eigenaar gaat Indisch koken. En er zijn Fransen binnegekomen waar ik uiteraard mijn nieuwste geleerde woorden kan oefenen!

Even bijkomen

Eindelijk peterbaas! Deze reis belooft boordevol te worden en kan niet tiippen aan de relaxreizen met Laurens (op een trekkinkje na) We maakten onze eigen tijd. Nu worden we geleefd door Djoser en de groep. Op dit moment zitten we in Tomohon en is de groep een berg op. Niets aan want de wolken zakken over het buitengebied waar we in een oostenrijks chaletje zitten. De eigenaar is Duits, dat verklaart het een beetje. Tijd om het thuisfront in te lichten. Sinds mijn ellende in Singapore is er veel gebeurd....

De vertraging kwam door een defect vliegtuig van Silkair. Bij ons komt er dan een ander. Hier gaat het wat relaxter. De vlucht wordt geschrapt en een klein meldingkje van een pieperige Singaporese op de luidspreker is alles Niks op de borden. Na veel zoeken dan maar naar de desk van Silkair. Inderdaad iedereen is omgeboekt naar een tweede vlucht naar Manado. Wat er met die eigenlijke reizigers op die vlucht gebeurt wordt niet verteld. Wachten van zes uur tot een uur was geen lolletje. Na veel zoeken en aanspreken vond ik de meeste leden van de groep. Tijd genoeg ervoor..

Een uur! Eindelijk inchecken naar Manado. De kist zat ramvol Iedereen werd samengevoegd denk ik. Weer een tijd naar het oosten vliegen.Drie uur en een kwartier. Boven Kalimantan vlogen we Wat een eiland. Zo inmens groot.. Indonesie haalt hier het hout vandaan voor de huizen of de export. Daarna weer veel zee totdat er ineens kleine eilanden met bergen in beeld kwamen We zaten al veel later dus .. dat moet Sulawesi zijn. Oud koloniale nostalgie van onze Nederlandsche tijd in Indie kwam boven. De lucht kleurde al bloedrood. We waren al bijna twee dagen onderweg. Behendig zette de piloot de kist tussen de bergen met vele bossen aan de grond.

Eindelijk even geen vliegtuigen meer. De bus stond al klaar met een jong ogende reisleider Laurens (toeval) en een gids uit Makassar. Op mijn vraag hoe lang het fietsen was naar Manado barstte hij in lachen uit. Peterbaas! Toch nog te veel koloniale ideeen.. Hij was met the plane, het vliegtuig. Toe maar zeg!. Dwars door het krieoelende verkeer heen met de bus naar hotel Minahassa. En daar weer zestig trappen op. Doodop in de kamer. Maar 15 minuten om op te frissen want we waren al veel te laat voor het eten.. De sateh was onvergetelijk. Het bier ook. Bintang! Het maakte veel goed want je ogen vallen bijna dicht. Douchje en meteen slapen. Als een blok vertrokken.

De andere dag, zondag, geen mis hier.Vreemd want noord sulawesi is totaal christelijk. De ene katholieke kerk op de andere. Geen kerken zoals hier maar kopieen bekleed met badkamertegels. Twee torens en ingang vooraan. De twee busjes met ons twaalven verdeeld knorden door Manado. Op naar Sulawesi Utara Tankoko. Het nationale park. Eerst een stop bij een kerkhof waar ook Beatrix was geweest in de tachtiger jaren. Het werd uitgelegd waarom maar ik heb niet zo veel met kerkhoven. Er waren vierkante gebouwtjes waar de overledenen gehurkt in werden bijgezet. Daarna nog een woning van Teakhout bezocht. Ook daar weer fotos van onze ex-vorstin Met Claus.

Anderhalf uur karren naar Tonkoko het uiterste noorden van Celebes. Hier houdt het eiland echt op. Na een heerlijke rijsttafel met vis zijn we de bossen in gegaan. Hier zitten de zwartkop makaken en het spookaapje. Een nachtdiertje wat erg schuw is. Na een tijdje lopen zaten we midden tussen de makaken. Op mijn vejaardag had ik nog nooit deze gasten op bezoek gehad. Ze gaven een show weg van heb-ik-jou-daar. Slingernd in de bomen, krakende takken, vallende apen, scherend langs ons heen en vlooiend totdat alles op was. Na een tocht door smalle paadjes kwamen we bij een boom met veel parasiettakken. Een groot bobbelig geheel met holletjes. En ja hoor. De gids had spookaapjes ontdekt die op ons geruis waren afgekomen. Stil en achterdochtig met grote oogjes keken de miniaapjes ons aan. Een uitgelezen fotomoment. Ik kon er ook eentje verschalken. Helaas weer voor Jan maar ik mocht ze niet meenemen. Daarna nog even gezwommen op het uiterste topje van Celebes. Wie maakt dat mee. In de Zee van Celebes!

De terugtocht was een bezoeking. Het was bij Manado een grote heksenketel; zaterdagavond. Hier is geen verkeersregeling en rijdt alles kriskras. Twee uur hebben we via sluipwegjes rondgekart totdat we er rond half negen waren. Geen tijd voor Peterbaas. Meteen weer eten. Op de telefoon kwamen de gelukswensen binnen. Niet appen Peter nu, opschieten sprak Laurens de reisleider. Oude tijden herleven.Tijdens het eten in Green Garden even de wifisleutel gevraagd en de gelukwensers even beantwoord, tussen de sateh en de nasi goreng door. De telefoon is nog steeds vet.. Om half elf weerr terug en ja hoor, de bekende blok slaap..

Vanochtend rond half negen vertrokken. Bij jullie slaapt dan iedereen nog om drie uur. De meegenomen krentenbollen smaakten uitstekend. Het bekende Laurens-recept doet wonderen. Even geen nasi of rare stukjes vlees waar de lokalen zich tegoed aan doen. Even bijkomen met wat bakjes thee En weg wezen weer. Gelukkig vandaag geen overladen programma. De rit naar Tomohon is kort. Weer de gewone bus met de deinende stoelen en de koude aico.

Na een stop bij een reusachtig Jezusbeeld dat als een engel boven de valei zweeft verlieten we Manado. In de verte doemden de vulkanen al op De Twee Gebroeders en de Lokon. Er was ook een zwavelmeer maar los van de entree van 25000 roepies haalde iedereen hier zijn neus voor op. Toen nog een bezoek aan de huizenbouwers van Indonesie. Het hout wat uit Borneo of Kalimantan komt, gaat hier heen Veelal Meranti maar ook Teak. Dat hout wordt hier verzaagd tot huizen, een soort Chalet. Langs de weg staan de voorbeelden die we bezochten. Je koopt hier al een optrekje voor 12.000 Euro! Even bellen met de aanbieder, betalen en het zaakje gaat in onderdelen naar je gewenste bestelling. Ook Nederland als je wilt. Maar of dat iet is voor de winters bij ons?

Nu zitten we in een soort resort in de bergen van Tomohon, de bloemenstad van Indonesie. Midden tussen de bergen en bossen. De groep is wandelen maar het regent nu even met bakken. De lucht is asgrauw en vol wolken. Tijd voor Peterbaas en een Bintang biertje. Hier is wel naast het resort een happening met Chirstelijke jongeren. Volop muziek met vooral veel valszingers. Zou ik het wagen ook hier de stekker er uit te trekken? Sta ik morgen ook in de krant!

Morgen kunnen we een vulkaan beklimmen, iets wat Lau meteen zou willen. Ik doe dat nu maar voor hem.. hij mist deze reis heel erg. Tjonge je komt nu wel even tot jezelf. Dit was ik na vijf Laurensreizen niet meer gewend.. die drukte en dat georganiseer.