Amazonica
Vanavond zijn we na een lange tocht aangekomen in Banos, weer in de Andes. De tocht in de jungle was best zwaar door de zware regenval in het regenwoud. Twee nachten verbleven we in een bamboehut aan de rand van het Amazonegebied, maar al aardig diep in het woud.
Op de tweede dag van het verblijf aan de rand van de Amazone, het relaas..
Al vroeg in de morgen zijn we vertrokken vanuit yacumalodge. Er stond een jungle-expeditie op het programma. De nacht ervoor had het stevig geregend zodat het erg glibberig was. We kregen allemaal lange laarzen aan. Er was een aantal reisgenoten die liever nog in plaats van drie uur, acht uur wilde gaan lopen. Wat het bezielde was met niet helemaal duidelijk. Daarna trokken we de Bush in. Het is een typisch Amazone-regenwoud met veel riviertjes, zware plantengroei en hoog opgeschoten bomen bijvoorbeeld de breedgewortelde Ceibaboom. Een Indiaanse gids legde ons uit wat we zoal zagen. Lopende bomen (jazeker) ijzerbomen (sla er maar eens met een manchette op) en zware varenplanten. Overal het ijle geluid van krekels. Bovendien goed smeren want het is een malaria-risocogebied. Dieren zijn nauwelijks te zien. Daarvoor moet je nog verder de bush in. Maar ik vond het al mooi zo.
Na een tijdje volgden we een smal modderpad wat steeds stijlen werd, klimmen en dalen met moddertrapjes van vorige lopers was niet makkelijk. Daarbij begon het flink te regenen. Maar wat wil je in een regenwoud ! De gids had al een enorm boomblad als paraplu gevonden. De rest dabbende er in een rijtje achteraan. Het was door de regen gelukkig niet heet, iets van 25 graden. Na een tocht door een lage kreek werd het oerwoud steeds donkerder en klonken de krekels feller, we zaten al een eind weg.
Lange lianen hielpen ons met klimmen en dalen en af en toe ging er een onderuit.
Na een poosje scheidde de snellopersgroep zich van ons af. Ze wilden meer en verder. Ik had het echter wel gezien. Na drakenbloedbomen (sap helpt tegen infecties), harde notenbomen en oerwoudkammen vond ik het tijd om weer terug te gaan. De regen daalde weer opnieuw neer maar de dichte vegetatie maakte er dikke druppels van. Mijn junglehoed bood uitkomst Na een uur kwamen we weer bij de loges aan, onder de modder en doornat. Maar we weten nu wat een jungle-expeditie inhoudt. De snelle groep wilde nog verder... In het kamp aangekomen was het noodzaak maar niet te veel te verkleden want in de middag stond er nog een bezoek aan de Kitchua-indianen op stapel. Tijdens de lunch liep de regen in stromen naar beneden. Gelukkig was het na de middag droog, konden we de rivier voor de lodge oversteken en naar het indianendorpje gaan. Ze verwachtten ons kennelijk want we kregen een demo in pottenbakken en cacaobonen pellen.Ik heb maar ontwikkelingswerk gedaan een schaaltje gekocht
Bij terugkeer rond vier uur was de snellejungleclub weer terug. Nat tot het bot en doodmoe. Ze hadden tot hun middel door een rivier moeten waden. Ook moesten ze nog de twee Indiaanse gidsen betalen. Je moet er maar zin in hebben.
Als laatste onderdeel was het dobberen op de rivier een vast plan met jungleboten voeren we naar een deel van de rivier waar het behoorlijk snel stroomde, richting de Amazone. Daar werden dikke autobinnenbandendie op het dak van de boot laten in het water geworpen en konden we, er in zittend, dobberen over de rivier. We waren ineens meteen erg schoon.
Het begon weer te plenzen maar we waren toch nat.. In een dichte gevel van regen voeren we weer terug naar de lodges. Aardig afgedraaid en zeiknat was het tijd om de douche op te zoeken. Het temperatuurtje was echter lekker, mijn broe zou zich in een sauna wanen. Daarna wachtte een welverdiende maaltijd met versgebakken tilapiaen boomtomaten met cassave en witte maïs. We waren geslaagd voor het junglediploma. De andere dag gaan we weer de bewoonde wereld in, ongeveer 2000 meter stijgen, weer de Andes in naar Banos. Daarover een andere keer meer.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}